Het grote nietsdoen

Het grote nietsdoen is weer begonnen. Ik ben te moe om iets te doen, te wakker om te slapen. De dagen zijn te kort, te grijs en in mijn kop hangt smog. Ik heb voortdurend honger, maar er is niets dat me smaakt. Ik zou ziek willen zijn en mij in een bed willen laten zakken, wegkruipen onder dikke donsdekens die omhuld zijn door frisgewassen Egyptisch katoen. Boeken als medicijn en buffer tegen de wereld. Op Facebook vang ik glimpen op van uitgemergelde Jemenitische kinderen en de Orang-oetan sterft ook al uit. Ik zou iets moeten doen: een vluchteling onderdak geven of geld storten. Veganistisch gaan leven. Iets. Maar ik ben al blij dat ik de keuken opgeruimd krijg, onthoud waar ik mijn sleutels heb gelegd.

Telkens ik ’s avonds in bed krijgt start er een koffiemolen in mijn hoofd die gehakt maakt van mijn gedachten en eindeloos in rondjes laat lopen. Concentreer je op iets leuks, beveel ik mezelf. Een vakantie, een lekker etentje, een prijs die je ooit wel nog eens zal winnen. Het helpt niet: de vakantie is te duur, het etentje weggegooid geld en een imaginaire prijs confronteert me enkel met mijn onvolmaaktheden en mislukkingen.

’s Morgens denk ik dat ik ervan af ben en dan vertrek ik naar mijn werk. Bezigheidstherapie voor volwassenen en ik probeer mij wel eens een wereld voor te stellen waarin mensen niet als driftkikkers e-mails over een weer sturen tot er eentje met pensioen mag. Alhoewel ja, ik snap het wel. Soms maakt het wel iets uit; wat je doet, wie het doet, dat je het doet.

Mijn lief vraagt wat er scheelt en ik antwoord ‘november’. Het liefst zou ik kunnen huilen, maar waarom dan? Gewoon wachten tot het overgaat en de rest uitstellen, zoals ik al zolang doe. Er is bijna weer een dag voorbij en straks kan de televisie op. Een fles wijn open. Elke avond maak ik onnozele voornemens voor de dag er op. Morgen vrij ik met mijn lief. Morgen werk ik de hele dag. Morgen eet ik gezond met yoghurt en eiers en bananen. Misschien moet ik morgen maar eens gaan zwemmen. Morgen drink ik niet. Morgen betaal ik de rekeningen en het gelag. De waarheid is dat ik niets van dat alles doe. Ik kom zelfs niet in de buurt. Ik verbreek beloftes, loop de kantjes eraf. Ik doe nooit anders.

Alles verandert en toch blijft alles steeds hetzelfde, zoals de rivier die stroomt. Ik word ouder, lomer, moeër. Het vel van mijn handen rimpelt en is traag als een schildpad. Ik droom van een nutteloos leven, zonder doel. Van 14 verschillende boeken lezen tegelijkertijd, zonder hashtag challenge. Van kijken naar kunst en mij daardoor te laten overrompelen, zonder meer. Van katten en kinderen knuffelen en warme thee slurpen. Van flanellen pyjama’s een hele dag lang, van weinig Sturm en nog minder Drang. Van zachtjes uitdoven, zoals een kampvuur in het holst van de nacht.

StockSnap_G1ZQVQN1EC.jpg

Plaats een reactie