Het is een zaterdag die eigenlijk een zondag is, of omgekeerd. Straks komt mijn man af met zijn kinderen, we gaan samen naar de Blaarmeersen. Er is even wat ongerustheid over het weer, maar volgens de internetweerman wordt het zonnig in de namiddag. Tegenwoordig loop je niet meer op goed geluk de Blaarmeersen binnen op zoek naar een plekje op het strand. Je dient je op voorhand te registreren, het aantal plekjes is beperkt en er zijn nadarhekken om overtollige bezoekers de toegang tot het terrein te verhinderen. Nadat we onze reservering hebben getoond krijgen we bandjes om en kunnen we ongegeneerd onze handdoeken uitspreiden in de schaduw. We brengen een gezellige namiddag door, zwemmen wat en spelen een potje Rummikub. Voor saaie mensen zoals wij is het best aangenaam zo zonder een massa volk. Je hoeft nergens aan te schuiven en de toiletten zijn geen slagveld. Alles is rustig, ordentelijk, beschaafd.
Het enige minpuntje zijn de wespen die ons komen plagen, maar je kunt niet alles willen.
We zijn een samenleving geworden van registraties en tijdsslots, en we moeten al eens op onze stappen terugkeren omdat we de winkel niet binnen mogen omdat we ons mondmasker zijn vergeten. Het is gedaan met spontaan je vrienden samenroepen om op stap te gaan, al was het dan maar naar een domme zwemvijver of een onnozel strand. Nu de bedrijven en de fabrieken bijna zover zijn dat ze de prikklok buiten hebben gegooid, wordt de rest van ons leven erdoor geregeerd. Ik snap de bedoeling, maar ik vraag me wel af hoe lang het nog menselijk en economisch houdbaar blijft. Nu is zwemmen in de Blaarmeersen gratis, maar het is maar een kwestie van tijd voor een clevere liberaal vindt dat er niet zoiets is als een ‘free lunch’.
Mijn man en ik mijmeren nog even door over de schoolsituatie. We zijn het erover eens dat de maatschappelijke kost van de schoolsluitingen voor kinderen te hoog is en dat ze zoveel mogelijk open gehouden moeten worden. Het gaat niet ons niet enkel over leren, wel over samenleven, samen spelen, vriendschappen opbouwen en kunnen onderhouden, een eigen sociaal netwerk creëren. Het is ondertussen onbegonnen werk om zelf wetenschappertje te spelen, zeker omdat de luidste roepers en de extreemste standpunten vaak het meeste weerklank krijgen. We zoeken evenwicht en redelijkheid, we missen de stemmen van sociologen en psychologen, al lijken filosofen allerhande oververtegenwoordigd.
’s Avonds bestellen we Indisch en net als de tafel buiten is gedekt en het eten is gearriveerd barst een wolkbreuk los en vluchten we naar binnen. Later, als mijn man en zijn kinderen naar hun eigen huis zijn vertrokken plof ik doodmoe in de zetel. Op Canvas wordt binnen een uur of twee Bin-Jip uitgezonden en die zag ik nog niet. Maar nog voor de film begint lig ik al lekker te ronken in mijn zachte bedje.
