Ik ben nog steeds de brieven van Simone de Beauvoir aan het lezen die ze schreef naar haar geliefde Nelson Algren. Het is tenslotte nog altijd een beetje 11 november en in deze contreien is dat toch ook de herdenking van die keer in 1972 toen Simone naar Brussel afzakte om er een feministische bijeenkomst op te luisteren met haar aanwezigheid. Sindsdien is die dag een nationale vrouwendag. Voor de mannen onder ons, geen paniek. Volgende week is het Internationale Mannendag.
Simone werd in 1947 verliefd op Nelson toen ze in de US of A tourde, en hij op haar. Wat volgde was een Trans-Atlantische verhouding die zou duren tot 1964 en die speelde zich voornamelijk af via brieven, want de e-mail was nog niet uitgevonden. Telefoneren was te duur, maar af en toe kon er een telegram af.
Met Sartre had Simone enkel nog een maar een platonische relatie, zij het dat die wel erg innig was. Ze werkten samen, inspireerden en corrigeerden elkaar en zouden wellicht zonder die symbiotische band nooit uitgegroeid zijn tot de symbolen die ze nog altijd zijn. En die band is direct ook de reden waarom Simone niet naar Chicago, waar Algren leeft en schrijft, wil verkassen.
Simone is in haar brieven niet erg aardig voor andere vrouwen trouwens. Ze noemt ze vaak dik en lelijk en slecht gekleed bovendien. Gelukkig schreef ze in die tijd aan Le Deuxième Sexe, misschien stemt haar dat op termijn wat milder. Het interessantste aan de brieven, dat zijn de beschrijvingen van het na-oorlogse Europa. Ze beklaagt zich er regelmatig over dat er weinig te eten valt en er is geen deftig glas whisky te vinden in heel Parijs. Van armoede moet ze dan maar gin en champagne drinken. Tijdens een trip naar Berlijn blijken grote delen van de stad nog in puin te liggen, het leven van de Duitse bevolking is hard.
De laatste tijd ben ik er achter gekomen dat ik de tijd na de oorlog veel interessanter vind dan de oorlog zelf. Ja, de jaren van strijd zijn moeilijk en lastig en er is heldendom en lafheid, en alles is uitvergroot. Maar wat er na komt is de tijd die alles terug naar menselijke proporties herleidt en de vraag stelt naar verzoening en heropbouw. Hoe moet een volk terug leren leven op het ritme van elke dag, terwijl de wonden en de trauma’s nog verre van geheeld zijn? De oorlog stopt niet omdat er een vredesverdrag werd ondertekend. De na-oorlogse jaren zijn nog duizend keer complexer en ingewikkelder dan de jaren die eraan voorafgaan.

Pingback: De vangst van An Leenders (#55) – Aanlegplaats