Vakantie: dag 11

Ik zit rustig in mijn boek te lezen als ik mij plots realiseer dat het morgen nationale feestdag is, en dat ik er dus niet moet op rekenen om dan nog de laatste bits & pieces te gaan kopen om op reis te kunnen vertrekken. Het boek dat ik lees is de autobiografie van Simone Veil, Une Vie. Niet te verwarren met die andere Joodse Simone Weil, die in een later stadium van haar leven Jezus ontdekte en die jong stierf tijdens de Tweede Wereldoorlog. Veil overleefde Auschwitz, studeerde daarna rechten en bouwde een kort na de Tweede Wereldoorlog een carrière uit in de Franse magistratuur en werd later minister. Het is dankzij haar dat abortus uit het strafrecht werd gehaald in 1974. Haar autobiografie is een beetje saai, een droge opsomming van wie, wat, waar en hoe, zonder veel inkijk in haar persoonlijke leven. Want tijdens al dat studeren en dat werken door brengt ze ook nog eens 3 kinderen groot.

Ergens in het boek geeft ze Hannah Arendt een veeg uit de pan, over haar these van de ‘banaliteit van het kwade’. Voor iemand die de gruwel van de kampen heeft meegemaakt is dat een te simplistische verklaring, zeker omdat de zus van Simone in het verzet actief was. Naast die banale mensen die er geen graten in zagen om zich tegenover hun medemens als beesten te gedragen waren er ook vele duizenden gewone burgers die zich wel verzetten tegen de bezetter en hun praktijken.

Maar goed, ik leg Simone opzij. Ze kan morgen mee in de valies, noordwaarts. Ik koop eten voor de kat en vergeet voor de zoveelste keer blauwe zakken aan te schaffen. Ach ja, het zal ook wel zonder gaan.

’s Avonds ga ik nog naar de nocturne van Diafaan, die tentoonstellen in de Sint-Elisabethkerk en het convent van het groot begijnhof in Sint-Amandsberg. Moderne glaskunst, en alhoewel ik er zonder verwachtingen naartoe trek ben ik aangenaam verrast. S. (niet die van de vorige keer, een andere) stelt er ook twee werken voor en verzorgt de rondleiding. Er is een mevrouw die heel veel vragen stelt en een mijnheer die met een tripel in de hand alles mooi vindt. We nemen allemaal dezelfde foto’s en als het muziekduo begint te spelen fiets ik naar huis in de ondergaande zon.

Plaats een reactie