Ik word laat wakker voor mijn doen, maar dat geeft niet. Het is zondag, zondag, tijd om lekker lang te vrijen! Tegen de middag rollen we ons bed uit, mijn lief en ik. Ik bak eitjes voor ons beiden en de worstjes die nog over zijn van gisteren. Als we gedoucht hebben en ons min of meer toonbaar hebben gemaakt vertrekken we richting Elsene om het kerkhof te bezoeken. Horta ligt er begraven en Wiertz, Lemonnier, de familie Solvay. Verder nog wat nobele bekenden die wij van haar nog pluim kennen en die dus onze interesse niet opwekken. We dwalen eerst wat doelloos rond en besluiten dan alsnog een kaartje te halen. Een vriendelijke jongeman heeft een plannetje maar dat mogen we niet meenemen omdat het het laatste is. We nemen en foto en hervatten onze zoektocht. Het kerkhof is charmant, maar de graven van de beroemdheden zijn een beetje een afknapper. Bij sommige zijn de opschriften zodanig vervaagd dat we ze met moeite kunnen ontcijferen, Horta is te ruste gelegd onder een weinig inspirerende steen. Mijn lief zegt: ‘We moeten ook eens naar het kerkhof van Laken gaan, daar zijn die cryptes net gerestaureerd en open voor het publiek’. Ik antwoord: ‘Ah ja, dat was eigenlijk het kerkhof dat ik voor ogen had toen ik dit voorstelde’.
Er is niet echt veel meer te zien, dus we zetten ons op een terras vlakbij en bestellen elk een Vedettje. Daarna gaan we nog naar Art & Marges, een museum dat een collectie Art Brut tentoonstelt. Kunst gemaakt door mensen in de marge, zoals dat heet. Psychiatrische patiënten, losers, gevangenen, daklozen, verslaafden, … iedereen die zijn wagonnetje niet aan de altijd maar voort denderende maatschappelijke sneltrein gehangen krijgt en die dan zonder opleiding of welomlijnd doel wat begint te prielen om uitdrukking te geven aan een hoogstpersoonlijk onbehagen. Het resultaat ervan is vaak beklemmend en confronterend, maar evengoed ook grappig. In het museum is de woning nagebouwd van een koppel verzamelaars, de collectie is verspreid over de inkomhal, de slaapkamer, de woonkamer en de eetkamer. Het is geen hippe en witte loft, het is een ongelooflijk rommeltje en je komt ogen tekort om alles te laten indringen. Er zijn woeste en verwrongen gezichten die je aanstaren, handen die naar je klauwen. Jezus-kitch en ik bedenk dat waar ook ter wereld de godstdienstwaan één van de meeste voorkomende is. Er zijn poppen en maskers die genadeloos de hypocrisie van geplogenheden en gewoontes blootleggen, er zijn kinderlijke verwijzingen naar seks en copulatie. Het is een heerlijk dwalen in de geesten van mensen die we ziek noemen maar soms van een verrassend scherp doorzicht blijk geven.
Nadien stappen we nog naar de Kapellekerk, mijn lief wil eindelijk eens het graf van Breughel zien. Als we zijn aangekomen is er net een misdienst bezig in het Pools. De gelovigen staan netjes op de nodige afstand van elkaar, ik zie een jongetje verveeld met zijn armen zwaaien en het plafond bestuderen.
De zalvende stem van de priester gaat aan hem voorbij.
