Gisteren installeerden mijn man en ik de rolgordijnen aan de dakramen van de kamer van mijn dochter. Nog zo’n nawee van de verbouwingen, en zo zullen er nog wel meer volgen. Installeren is trouwens een veel te mooie omschrijving om de worsteling van gisterenvoormiddag te portretteren. Om een paar tientallen euro’s te besparen had ik mijn gordijnen niet bij Velux gekocht, maar bij een Nederlandse online winkel. En dus draaide mijn man bijna alle vijzen kapot die meegeleverd waren en moesten we onze toevlucht nemen tot andere kunstgrepen om alles toch in orde te krijgen. Het is brol, siste ik tussen mijn tanden, maar twee uur later hing alles toch min of meer zoals het hoorde. En leerde ik voor de zoveelste keer de les dat goedkoop ook vaak goedkoop is en uiteindelijk niets oplevert.
In de namiddag gingen we een oude kleerkast redden van een gewisse dood op het containerpark. Een ouderlijk huis moest leeggehaald, geen idee of het kwam door een sterfgeval of een verhuis naar een woonzorgcentrum, en op een weggeefgroep op Facebook verscheen en foto met de afmetingen erbij. Mijn vorige kleerkast – die bestond uit spaanplaten die ergens in China en op last van een bekende meubelgigant was geproduceerd – hadden we voor de beruchte verbouwingen buiten gezwierd. In het bijna lege huis werden we verwelkomd met een geutje alcoholgel op onze handen en de mededeling dat de kast zich op de eerste verdieping bevond. Daar stond ze al meer dan 60 jaar trouwens. In de twee schuiven onderaan lag netjes een velletje behangpapier. We bekeken de kast langs alle kanten en ik besliste dat hij zeker in de auto zou passen. Mijn man draaide vier uit de kluiten gewassen vijzen uit en dat was alles wat er nodig was. We puzzelden de deuren en de panelen in de koffer en reden terug naar huis.
’s Avonds, tijdens het nieuws, had een cameraploeg plaats gevat bij één of ander tuincentrum. Omdat we niet op reis kunnen en omdat we in de stad geen brol kunnen kopen, moeten onze tuinen er nu aan geloven. Een maand geleden waren er geen viooltjes meer te krijgen, vandaag zijn ook de ornamenten uitverkocht. Net zoals de vuurkorven, barbecuestellen en tuinmeubelsets in weerzinwekkende kleuren. Evenmin nog te verkrijgen: lelijke beelden van lelijke honden, solar tuinverlichting, plastiek sculpturen van roze flamingo’s, gele vlinders, fonteintjes en waterpartijen en tuinkabouters.
Het lijkt alsof de wereldeconomie voor een groot stuk draait op de verkoop en de productie van dit soort waardeloze rotzooi. In een ver land wordt het in elkaar gestoken, daarna in een container gegooid voor een lange reis over zee. Ondertussen worden via weekendbijlages en schreeuwerige reclames op TV warm gemaakt voor deze niet te missen ‘must haves’ en zomer-, winter-, herfst- en lentetrends. In de winkel halen we onze portemonnee boven voor een portie instant geluk, die net als het ding in kwestie snel afbladdert, vervaalt, wegroest en uiteindelijk uit elkaar valt. En dus moeten we op zoek naar het volgende gadget, dat ook deze keer niet de leegte in ons leven vult.
